Er wordt vaak gesproken over een goede werk-privébalans. Maar wat is dat precies? En is het nu per se slecht om af en toe een mailtje te bekijken in je vrije tijd? In dit blogartikel gaan we wat dieper in op de werk-privébalans en wat je kunt doen om deze te verbeteren.
Wat is de werk-privébalans precies?
Als we de definitie aanhouden, dan is de werk-privébalans “werk dat goed samen gaat met je privéleven en gunstig aansluit op je vrije tijd”. We kennen de term vooral in combinatie met termen zoals “slechte” en “verstoorde”; wanneer je werk een te grote invloed heeft op je vrije tijd. Voorbeelden van een verstoorde werk-privébalans zijn geen energie hebben voor de relaties met vrienden en familie na een lange werkdag en altijd en overal je mobiel opnemen voor werktelefoontjes. Personen met een verstoorde werk-privébalans merken vaak dat ze altijd “aan” staan en zo geen tijd nemen om te relaxen na een stressvolle dag.
Toch zijn er manieren waarop je jezelf kunt aanleren om een betere werk-privéverhouding te verkrijgen. Het is immers erg belangrijk voor je humeur én je werkprestaties dat je je top voelt. We geven je graag 4 tips om jouw balans te verbeteren!
Plan tijd voor échte ontspanning in
Om je goed te voelen is het belangrijk dat je af en toe echt ontspant. En nee, we hebben het dan niet over een paar uur Netflixen op de bank. Zet alle schermen uit, leg je mobiel en je laptop aan de kant en neem tijd om iets te doen waar je echt van tot rust komt. Of je nu gaat wandelen met de hond, aan yoga doet, kookt of tuiniert, kies even voor jezelf en merk hoe je tot rust komt.
Herken wanneer je lichaam in de ‘stress-modus’ schiet
Iedereen heeft triggers en vaak dezelfde ook. Schiet jouw hartslag omhoog als je om kwart over elf ‘s avonds het ‘pingetje’ van een e-mail hoort en móét je dat mailtje dan ook bekijken? Dan kan het slim zijn om je mobiel na een bepaald tijdstip zo in te stellen, zodat je niet meer gestoord kan worden. De meeste telefoons bieden zo’n optie, waarbij je kunt aangeven dat alleen bepaalde mensen je kunnen bellen bijvoorbeeld. Andere zaken/mensen kunnen heus wel wachten tot morgen. De ‘niet storen’-functie wordt je nieuwe beste vriend!
Stel grenzen en leer nee zeggen
Een van de meest voorkomende redenen van een burn-out is het niet stellen van grenzen. Het wordt immers als collegiaal ervaren als je nog even een taak van een collega op je neemt en werknemers die overwerken worden gezien als gedreven medewerkers. En ben je überhaupt wel goed bezig als je op “hoe gaat het?” altijd “goed, lekker druk hier” antwoordt? Iedereen heeft het druk-druk-druk. Toch is het uiterst belangrijk om grenzen te stellen aan wat je aankunt. Als er bijvoorbeeld een project bijkomt waar je echt geen tijd voor hebt, geef dit dan aan of draag een deel van jouw taken over aan een collega, zodat je dit project wel kunt oppakken. Als je bij extra werk een kleine paniekaanval krijgt, dan is dit een signaal dat je zeer serieus moet nemen. Als dit ook nog eens ook systematisch voorkomt, is het aan te raden om hierover in gesprek te gaan met je chef/HR.
Geef jezelf tijd
De meeste mensen trekken het slecht om van de ene op de andere dag bepaalde zaken niet meer te doen. Vaak is er een periode nodig om nieuwe gewoontes aan te leren. Volgens studies kun je na gemiddeld zo’n 66 dagen pas stellen dat je nieuwe gewoonte een automatisme is geworden. Gun jezelf dus wat tijd, you’ve got this!